524
26 JULI 1927
Wat de vraag van den heer Loomans betreftdeze
aangelegenheid heeft lang getraineerd tengevolge van de
kwestie, of het ongeval, wijlen den heer Kuselbos
overkomen, al of niet onder de verzekeringsvoorwaarden viel,
het in verband daarmede ingesteld onderzoek en de bemoei
ingen der Justitie ten aanzien van den betrokken chauffeur.
De Verzekeringsmaatschappij heeft nu als haar meening
kenbaar gemaakt, dat dit ongeval niet valt onder de verzekerings
voorwaarden en het komt onnuttig voor hierover nog verder
te correspondeeren, in aanmerking genomen de omstandig
heden, waaronder zich het ongeval voordeed. Burgemeester
en Wethouders zullen dus nu hebben na te gaan in hoeverre
er van gemeentewege is tegemoet te komen aan de weduwe;
de Raad zal eerlang een voorstel daaromtrent bereiken.
De heer LOOMANS acht de opvatting van de Maat
schappij niet de juistede heer Kuselbos was op dien
noodlottigen dag in opdracht van de gemeente Breda naar
Eindhoven gegaan.
De VOORZITTER De Maatschappij ziet de zaak nu
eenmaal anders in en het lijkt Burgemeester en Wethouders
toe, dat zij niet voldoende sterk staan om er nader op in
te gaan.
Zonder verdere opmerkingen wordt alsnu
overeenkomstig het voorstel van Burgemeester
en Wethouders besloten.
16. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot be
noeming eener commissie, belast met het onderzoek der
geloofsbrieven van de herbenoemde en de nieuwbenoemde
leden van den Gemeenteraad.
Hiertoe besloten zijnde en op verlangen van
den Raad, dat de Voorzitter de commissieleden
zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig