24 AUGUSTUS 1927 561 De heer CRUL zou gaarne willen vernemen, of hier werkelijk onwil in het spel is. Zoo niet, dan verzoekt Spr. een anderen dan den gerechtelijken weg te volgen. De heer COHEN heeft zich van deze zaak op de hoogte gesteld en wenscht den Raad mededeeling te doen van zijn bevindingen. No. 1 is kostwinner van een huishouden van 10 kinderen, die wegens zwakte is afgekeurd als arbeider bij de Kunstzijde-Industrie. Spr. doet vervolgens eenige mededeelin- gen omtrent de inkomsten van dit gezin, dat absoluut niet in staat is f 1 per week huur te betalen en dit nog wel voor een woning, welke nog minder is dan een varkenshok. Dat men aan de groep woningen, waarvan deze deel uitmaakt, den naam geeft van „Rattenval", zegt op zich zelf al genoeg. No. 2 is iemand, die vanaf 1 Mei 1925 geen cent achter stand heeft; de huurschuld dateert n 1. van vóór dat tijdstip. Hij heeft al f 10 van de achterstallige huur afbetaald en gaat nog steeds met die afbetaling doornog verleden week heeft hij f 1,— gebracht. Ook omtrent de inkomsten van dit gezin doet Spr. eenige mededeelingen. Het is niet zijn be doeling om voor de personen in kwestie kwijtschelding van de huurschuld te verkrijgen, maar hij zou hen in de gelegenheid willen stellen hun schuld af te betalen. Daarom geeft hij den Raad in overweging, beide eerstgenoemde personen niet gerechtelijk te vervolgen. Wat no. 3 betreft, deze kan wel betalen, maar doet het niet uit onwil. Spr. zou dezen persoon wel willen vervolgen, maar met de restrictie, dat het vonnis niet ten uitvoer zal worden gelegd vooraleer beproefd is een regeling tot betaling te treffen. De heer KROONE merkt op, dat het betoog van den heer Cohen een pleidooi vormt voor gemeentelijken woningbouw. De gemeente slaat thans een mal figuur, dat zij voor dergelijke krotwoningen nog huur vraagt. Het is dan ook hoog noodig, dat zij voorziet in het tekort aan eenvoudige arbeiderswoningen. Spr. hoopt, dat Burgemeester en Wethouders spoedig iets in die richting zullen doen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 561