650 2 SEPTEMBER 1927 bedrijf geboekt worden, maar Spr. behoeft als raadslid dat geld niet in handen van Burgemeester en Wethouders te geven. Hetzelfde geldt voor het honorarium van den architect en de oprichtingskosten. De Voorzitter heeft ook niet goed gehoord zijn uitlating over het plan zelfSpr. heeft gezegd, dat het, wat grootte en indeeling betreft, aan redelijke eischen voldoet. Niet geantwoord heeft de Voorzitter opzijn vraag, waarom de kosten der gebouwen niet verminderd zijn ondanks het feit, dat het plan aanzienlijk ingekrompen is. Spr. blijft bij zijn meening, dat de eenheidsprijzen te hoog zijn geno men ieder neemt den eenheidsprijs 10 °/0, terwijl hier in plaats van 10%, 15 °/0 is genomen. Het administratie-gebouw kan 15% goedkooper worden gebouwd. Op die manier wordt met de geraamde bedragen weggeloopen Het crediet voor de bouwkosten kan gerust met 10 worden verlaagd; het plan zal dan nog goed uitvoerbaar zijn. Ten slotte geeft Spr. als zijn meening te kennen, dat de Raad goed zal doen met deze zaak schriftelijk af te doen. De heer APPELBOOM brengt in herinnering, dat de Voorzitter zooeven zeide, dat het maken van vergelijkingen met andere gemeenten gevaarlijk is. Spr. geeft gaarne toe, dat zulks moeilijk is, maar de heer Huurman heeft hem verzekerd, dat hij eenzelfde slachthuis als te Enschede voor Breda kon bouwen voor 4 ton. Nu heeft de Voorzitter al is het niet met zooveel woorden gezegd De heer Huurman is belanghebbende. Maar, is dat nu zoo erg De heer Huurman is toch in elk geval een specialist op dit gebied, die zijn sporen verdiend heeft. Hij had zich bereid verklaard zonder eenige verbintenis een plan in te dienen. Men had dus altijd nog kunnen zien wat men deed. Spr. heeft zich verder niet met den heer Huurman ingelaten hij heeft hem naar Burgemeester en Wethouders verwezen en verder niets meer van de zaak gehoord. Hoe is het even wel afgeloopen Op die vraag heeft Spr. geen antwoord bekomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 650