683 6 SEPTEMBER 1927 in vruchtbare samenwerking, den blik gericht op deze be- hartenswaardige doeleinden, is het stadsbestuur een machtige factor om ze te bereiken. In verschillend opzicht heeft de Raad, die j. 1. Vrijdag af scheid nam, het pad geëffend. Aan U, hoopvol in deze zaal begroet, de taak het nieuwe Breda zoodanig te leiden, dat het aan zijn roeping beantwoordt en zijn aantrekkingskracht steeds worde verhoogd. Zooeven opperde ik, dat vele handen het werk lichter kunnen maken. Het kan een vraag zijn, of vele monden in de Raadzaal zulks ook voor den Voorzitter zullen doen* Ongetwijfeld zal het grooter aantal op de deugd der zelf beperking aanmoedigend werken. Aldus zal de zakelijke be handeling der aan de orde komende onderwerpen worden bevorderd en de leiding worden vergemakkelijkt van Uw vergaderingen, waarbij ik vertrouw, zonder aanzien van den persoon, steeds van objectiviteit blijk te geven, met U voor oogen hebbend hetgeen U en ons aan deze zetels bindthet belang van Breda, dat wij, gesterkt door Gods steun, willen nastreven. Alsnu stelt de VOORZITTER aan de orde: 1. Beëediging en installatie van de herkozen en nieuw benoemde raadsleden. Nadat door den VOORZITTER de betrekkelijke eeds formules zijn voorgelezen, worden achtereenvolgens door de heeren Van Groenendael. Schrauwen, Elich, Pelster, Broos, Ku ij laars, Van de Ven, Bog- mans, Loonen, Brantjes, Kroon e, Moll, Van Buitenen, Speyart van W oerden, Van den Boom, Esbach, Van Mierlo, Cerutti, Me ij vis, Cohen, Haaiman, Z ij 1 m a n s en V a n V e e n in diens handen afgelegd de eed van zuivering en de eed van trouw, voorgeschreven in art. 39 der Gemeentewet, en door de heeren Van Werkhooven, Gruijs, Rippen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 683