698 30 SEPTEMBER 1927 De VOORZITTER stelt voor, alle deze stukken voor kennisgeving aan te nemen. Daartoe wordt besloten. 7. Adres van de Vereeniging „Duitenhuis en omgeving", verzoekende ten behoeve van de bewoners, wier panden zijn aangesloten bij de waterleiding der Waterleiding-Maatschappij „Noord-West-Brabant", het Bredasche watertarief toe te passen. De VOORZITTER zegt, dat, wanneer de Raad zulks wenscht, hierover prae-advies kan worden uitgebracht; de zaak kan echter ook ineens worden afgedaan, aangezien het hier een verzoek betreft, waarop toch niet kan worden ingegaan. De heer ESBACH merkt het volgende op Ik meen, dat hier een oplossing gevonden kan worden, door aan de Maatschappij Noord-West-Brabant de schade te vergoeden, die het gevolg zou zijn van de doorvoering van het Bredasche tarief. Ook zou aan de consumenten het prijsverschil kunnen worden gerestitueerd, Maar de eenvoudigste oplossing lijkt mij, dat de concessie van de Maatschappij Noord-West-Brabant wordt afgekocht. Nu is mij echter gebleken, dat het voor het College van Burgemeester en Wethouders nog geen uitgemaakte zaak is, of die concessie voor Breda verbindend is. Waar dit nu na 5 maanden nog niet uitgemaakt is, is het even goed moge lijk, dat dit na 5 jaar ook nog niet het geval is, Ik zou daarom willen verzoeken, om met het uitbrengen van een eventueel prae-advies niet te willen wachten tot men het daarover eens is. Ik zou willen verzoeken om, wanneer binnen zéér korten tijd een definitieve oplossing niet mogelijk is, hierin voor- loopig door subsidiëering of anderszins te voorzien, zóódanig,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 698