808
7 NOVEMBER 1927
De heer KROONE vindt een weekloon van f 16,- voor
vaklieden te laag en vraagt, of het tarief op dit punt niet
gewijzigd kan worden- Vervolgens spreekt Spr. de hoop uit,
dat het College spoedig met een ontwerp-steunregeling bij
den Raad zal komen.
De heer LOONENf is het niet met den heer Kroone
eens Spr. beschouwt deze werkverschaffing als werkverruiming
en in verband hiermede dient er onderscheid te zijn tusschen
het loon, dat hiervoor gegeven wordt, en het loon in het
particulier bedrijf. Dit verschil in loon moet een prikkel zijn
om naar werk in particulieren dienst uit te zien. Daarbij
komt, dat deze werkverruiming een tijdelijk karakter draagt.
In verband met een en ander vindt Spr. het voorgestelde
loon hoog genoeg.
De heer MEIJVIS zegt, dat het blijkbaar niet de bedoeling
van Burgemeester en Wethouders is om de werkloozen te
helpen, maar om van hen af te komen. Immers, deze werk
verschaffing is veel te gering in omvang in verhouding tot het
aantal werkloozen het is slechts een lapmiddel. Er moet dan
ook veel meer worden gedaan In dit verband herinnert Spr.
aan een voorstel, dat de commissie van advies in zake Werk
loosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling, reeds dezen zomer
aan Burgemeester en Wethouders heeft gezonden en waarin zij
in overweging geeft bij wijze van productieve werkverschaffing
over te gaan tot ophooging van de terreinen langs den
Wilhelminasingel en in den Belcrumpolder, uitdieping van de
singels enz. Tot op heden heeft dit geen ander resultaat gehad
dan dat er nu wordt voorgesteld aan 15 personen werk te
verschaffen, terwijl er wel een 50 „uitgetrokkenen" zijn.
Wat nu de voorgestelde regeling zelve betreft, acht Spr.
het loon te laag. In tegenstelling met den heer Loon en is
Spr. van meening, dat het loon minstens gelijk moet zijn aan
het loon in het particuliere bedrijfde gemeente behoort z i.
niet op te treden als loondrukster. De vergelijking met de
loonen van het losse personeel bij het Staatsboschbedrijf gaat