818 7 NOVEMBER 1927 Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wethouders om de gevraagde uitzondering toe te staan. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten, adressant de gevraagde ontheffing te verleenen onder de navolgende voorwaarden a. dat geen verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel b. dat op de overblijvende open ruimte niets worde gebouwd of opgericht c. dat de privaat-parterre van licht en lucht worde voorzien d. dat, ingevolge artikel 5 der woningwet, de vereischte teekeningen, ingericht volgens artikel 105 der bouwverordening, aan Burgemeester en Wethouders tergoedkeuring worden aangeboden; e. dat, wanneer binnen drie maanden na de dagteekentng van dit besluit van de verleende ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn verleend en onder bepaling, dat bij niet-voldoen aan een dezer voorwaarden de verleende ontheffing vervalt. 14. Adres van de N.V. Vroom en Dreesmann alhier, daarbij ontheffing verzoekende van art. 15 der Bouwverordening ten behoeve van het vergrooten van het bestaande gebouw aan de Nieuwstraat nos. 5 7, zulks in afwijking van de teekening, voor welke bij raadsbesluit van 24 Augustus 1927 ontheffing werd toegestaan. Bij dit verzoek zijn overgelegd de adviezen van de Ge zondheidscommissie en den Adjunct-Directeur van Openbare Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet houders om op het verzoek afwijzend te beschikken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 818