7 NOVEMBER 1927 829 woning, met voorstel van Burgemeester en Wethouders om dit verzoekschrift, hetwelk bereids door hen beantwoord is, voor kennisgeving aan te nemen. De heer VAN VEEN wijst er op, dat er reeds vijf raadsvergaderingen hebben plaats gehad sinds dit verzoek schrift is ingekomen. Spr. vraagt, waarom het zoolang geduurd heeft, eer dit adres aan den Raad is overgelegd. Op die wijze wordt te kort gedaan aan het petitie-recht. Spr. dringt er op aan, de adressen voortaan direct aan den Raad over te leggen. Wat het verzoek zelf betreftadressante heeft inderdaad dezen zomer veel last van het overstroomend rioolwater gehad. Nu hebben Burgemeester en Wethouders haar in overweging gegeven, op eigen kosten een tijdelijke voorzie ning tegen dit euvel te treffen. Adressante heeft evenwel reeds hooge kosten gemaakt. Bovendien begaan Burgemeester en Wethouders de fout om bij wijze van dreigement daaraan toe te voegen, dat zij een vergunning heeft tot aansluiting op het gemeente-riool tot wederopzegging en zonder dat de gemeente eenige verplichting op zich heeft genomen. Dit laatste moet wel een zeer zonderlingen indruk maken, als men weet, dat een van de eerste eischen der Bouwver ordening is, dat elk perceel moet zijn aangesloten aan het gemeenteriool. De VOORZITTER antwoordt, dat dit adres niet eerder bij den Raad is ingebracht, omdat terstond tot onderzoek is overgegaan. Wat de andere kwestie betreft, kan door Bur gemeester en Wethouders geen andere houding worden aangenomen bij het verleenen der vergunning tot aansluiting op het gemeente-riool is door de gemeente geen enkele verplichting op zich genomen. De heer VAN VEEN leest in dit verband art. 57 der Bouwverordening voor, hetwelk bepaalt, dat elke woning moet zijn voorzien van een waterdichte buisleiding met

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 829