b. De Machinefabriek „Breda" mag op de spoorver binding zelve (de stamlijn,! geen wagens Iaden of lossen noch zelfs te harer beschikking hebben, zonder bijzondere schrif telijke toestemming van Burgemeester en Wethouders van Breda d. Bij het uitreiken der vergunning betaalt de Machine fabriek „Breda" aan den gemeente-ontvanger van Breda als aandeel in de kosten der spoorverbinding zooveel maal f 0.60 als het terrein ten behoeve waarvan de vergunning 25 NOVEMBER 1927 871 Breda aansluitende spoorverbinding, waaraan zijsporen aan gesloten kunnen worden, o.a. ten behoeve van het door de koopster op het bij deze gekochte terrein te vestigen bedrijf. 11De verkoopster zal aan de koopster onder de hierna vermelde voorwaarden en bepalingen vergunning geven tot het medegebruiken der hiervóórbedoelde spoorverbinding. Dit medegebruik zal hierin bestaan, dat ten behoeve van koopster door de Maatschappij tot Exploitatie van Staats spoorwegen, die met de exploitatie van en het beheer over die spoorverbinding is belast, wagens van het station Breda naar het hiervóór vermelde ongeveer 1'/2 H.A. groote terrein en omgekeerd, over die spoorverbinding vervoerd mogen worden. De koopster verbindt zich de vergunning tot medegebruik te aanvaarden en aan de daarbij gestelde voorwaarden en bepalingen te voldoen. De bedoelde voorwaarden en bepalingen zijn a. De Machinefabriek „Brela" mag betreffende het medegebruik der spoorverbinding geenerlei overeenkomst aangaan met de Maatschappij tot Exploitatie van Staats spoorwegen zonder schriftelijke goedkeuring van Burgemeester en Wethouders van Breda c. De Machinefabriek „Breda" zal overigens ten aanzien van het te harer behoeve ter beschikking stellen en na lossing, onderscheidenlijk belading, weer wegvoeren van wagens door de Maatschappij, voldoen aan de door deze gestelde voorwaarden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 871