25 NOVEMBER 1927 873 De koopsom zal, indien de Machinefabriek „Breda" tot koopen overgaat, bij het passeeren der acte van verkoop en koop ten volle betaald moeten worden. De bepalingen,hiervóór onder 4, 5. 6, 7, 8, en 9 vermeld, zullen ook bij dezen verkoop en koop toepasselijk zijn. 13. Zoodra de Machinefabriek „Breda" ook het plm. 2'/2 H.A. groote terrein heeft gekocht en betaald, zal de verkoopster aan haar, ook ten behoeve van dit terrein, ver gunning geven tot het medegebruiken der hiervoorbedoelde spoorverbinding. De koopster zal die vergunning tot mede gebruik dan moeten aanvaarden en aan de daarbij gestelde voorwaarden en bepalingen moeten voldoen. Deze voorwaarden en bepalingen zullen gelijk zijn aan de hiervóór onder a, b, c, d, e, f, en g vermelde, behalve dat onder e. in plaats van 3/20 zal komen te staan 5/20 of '/4. 14. Gedurende den tijd, dat de Machinefabriek „Breda" het bedoelde plm, 2'/a H.A. groote terrein nog niet heeft gekocht en betaald, zal zij aan de gemeente Breda als ver goeding voor het reserveeren daarvan interest betalen over het bedrag, waarvoor zij dit terrein volgens het voorgaande kan koopen, vermeerderd ter zake van het aandeel in de kosten der spoorverbinding met zooveel maal f 0,60 als het terrein bij de opmeting is gebleken M2 groot te zijn. De interest zal voor het eerste jaar na het passeeren der koopacte, betreffende het plm. l1/2 H.A. groote terrein, be dragen 11 /2 °/o* voor het tweede 2°/0 en zoo verder, zoodat de interest voor het 10e jaar bedragen zal 6°/0- De interest over het eerste jaar zal betaald worden zoodra een half jaar na het passeeren der bedoelde acte verstreken is; die over het tweede jaar, zoodra l'/2 jaar daarna is verloopen en zoo verder, zoodat de interest over het tiende jaar te betalen zal zijn zoodra 9'/2 jaar na het passeeren der bedoelde acte zijn verstreken. 15. De Machinefabriek „Breda" zal de verplichting tot interestbetaling kunnen doen eindigen door aan de gemeente Breda schriftelijk te verklaren, dat zij het plm. 2^2 H.A.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 873