946 30 NOVEMBER 1927 „voorgesteld, om de electriciteitsprijzen, door den Raad bij „besluit van 23 Mei 1923 (zie gedrukte notulen, blz. 172) „vastgesteld op 35 cent, te verlagen tot 30 cent per K.W.U. ,,In ons voorstel tot vaststelling van den vermenigvuldigings factor voor de plaatselijke inkomstenbelasting, dienst 1927/ „1928, werd vermindering der electriciteitstarieven over 1927, „ten sterkste ontraden. Door ons College is daarop de toe zegging gedaan, dat verlaging der tarieven nader zou worden „overwogen. Ofschoon verlaging van den electriciteitsprijs „op grond van Uw besluit van 2 Mei 1923 door ons kan „geschieden, meenen wij in dit geval daartoe niet te moeten „overgaan zonder U in de gelegenheid te stellen daartegen „eventueele bezwaren kenbaar te maken en wel voornamelijk „om deze reden, dat, zooals uit het vorenstaande blijkt, aan- „drang tot prijsverlaging uit Uw midden is gekomen, de „algemeene financieele toestand daarbij is besproken en de „vermenigvuldigingsfactor der inkomstenbelasting (althans bij „verlaging der tarieven bij de bedrijven in het algemeen) in „het geding kan komen. „Het komt ons thans voor, gezien de financieele resultaten „van het bedrijf, dat met ingang van 1928, een vermindering „van 5 cent per K.W.U. kan worden ingevoerd. Met deze „stroomprijsverlaging zijn alle lichtverbruikers gebaat, die het „gewone tarief hebben te betalen. „Ook de bestaande kortingen op het kleinverbruikstarief „dienen wijziging te ondergaan. „Bij ons besluit van 10 Januari 1924 werden, op grond „van de ons bij Uw besluit van 2 Mei 1923 verleende al- „gemeene machtiging (zie gedrukte raadsnotulen bldz. 173) „de navolgende kortingen per maand vastgesteld, welke op „het oogenblik nog gelden „boven 200 K.W.U. tot 400 K.W.U. 5 cent „van 400 id 600 id 8 cent „boven 600 id 10 cent

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 946