12 DECEMBER 1928. 1055 tweede alinea der Gemeentewet ten grondslag ligt, in ave- rechtschen zin worden toegepast. Ik wil er echter nog op wijzen, dat de kwestie van verschillenden aftrek voor ge huwden en ongehuwden ten einde het beginsel van belasting naar draagkracht in goeden zin tot uiting te doen komen, bij den Rijkswetgever geen gewicht in de schaal heeft ge worpen, aangezien de inkomstenbelasting voor het Rijk eerst begint voor alle inkomens bij een bedrag van f 800, en dat aftrek alleen plaats heeft voor minderjarige kinderen. Hoewel het College sympathiek staat tegenover mijn voorgestelde wijziging van het 2e lid, verhooging van den kinderaftrek van f 75,tot f 100,weten Burgemeester en Wethouders om ook dit voorstel af te wijzen, weer een ander argument te vinden n.l. de kwestie van den toestand der Gemeentefinanciƫn, die tot voorzichtigheid maant en 't ongewenscht doet maken om incidenteel tot niet belangrijke verlagingen over te gaan. Ook dit argument snijdt m. i. geen hout, want als de voorgestelde wijziging als juist be hoort te worden aangemerkt, is er op grond van de daar door ontstaande daling van de belasting met ongeveer f 13,000.niets tegen, den vermenigvuldigingsfactor iets te verhoogen, een kwestie waaraan wij m. i. in de naaste toekomst toch niet zullen ontkomen, wil de begrooting sluitend gemaakt kunnen worden. In het prae-advies komt deze m. i. niet onbelangrijke mededeeling voor, dat Burgemeester en Wethouders zonder omvangrijke berekeningen niet nauwkeurig kunnei. nagaan, hoeveel de vermindering zal bedragen, maar da^ zij op ruim f 50,000,wordt geschat. Mijnheer de Voorzitter. Ik zou gaarne zien, dat de Raad alvorens eene beslissing over deze voorstellen te nemen, een berekening voor zich kreeg aan de hand waarvan nauwkeurig is te beoordeelen wat het gevolg zal zijn van mijn voorstellen. Het College heeft mij indertijd uitge- noodigd zelf die berekeningen te maken, doch U zult toe moeten geven, dat de daarvoor noodzakelijke gegevens niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 1055