12 DECEMBER 1928.
1063
verbandmiddelen, utensiliën, orthopaedische instrumenten,
etc.
Op de begrooting voor 1929 is uitgetrokken voor kosten
van geneeskundige behandeling van armlastige zieken
f 2000,en voor kosten van genees-, heel- en verband
middelen ten behoeve van armlastige zieken f 6500,Het
salaris van den gemeente-geneesheer is f 4000,Deze
sommen bedragen bij elkaar f 12,500,
Het is dus aan te nemen, dat bij uitbreiding van de
eerste groep volgens de voorstellen van Burgemeester en
Wethouders tot ongeveer het dubbele aantal, de gemeente
meer te betalen zal hebben per jaar 10 a 12 duizend gulden.
Is nu zulk een enorme uitbreiding van de eerste groep
wel noodig? Ik ontken dit beslist. Gezinnen van 2, 3, 4,
5, 6, 7, 8, 9 en 10 personen kunnen wel bij inkomens van
minder dan respectievelijk f 16,18,20,22,
24,50, 27,29,50, 32,en 34,50 per week de geringe
contributie van het ziekenfonds betalen. Maar zij kunnen
niet bijdragen in de kosten van verpleging in een zieken
huis. Ik acht het een zeer groote fout in de voorstellen
van Burgemeester en Wethouders, dat daarin de tusschen-
groep van de 3 thans bestaande groepen is vervallen.
Voor de groep van personen, voor wie de gemeente de
verpleging in een ziekenhuis gedeeltelijk bekostigt, zouden
bij aanneming der voorstellen van Burgemeester en Wet
houders de bijdragen veel geringer worden. Het maximum
van het bedrag, dat bijgedragen moet worden, is thans
f 2,50 per dag. Volgens de voorstellen van Burgemeester
en Wethouders zou voor gezinnen van 2, 3 of 4 personen
het maximum der bijdrage slechts f 1,per dag zijn, bij
inkomens van respectievelijk f 30,32,en 36,per
week, en voor gezinnen van 5, 6, 7, 8, 9 of 10 personen
zelfs slechts f 0,75 per dag, bij inkomens van f 35,50, 39,50,
42,47,50, 51,50 en nota bene, f 55,50 per week.
Wat zou nu dit zooveel lager stellen der bijdragen aan
de gemeente per jaar kosten? Burgemeester en Wethou-