428 3 MEI 1928. Waarom zou men hier voor de bedrijven een uitzondering maken, terwijl buitengewone uitgaven van andere diensten bij de begrooting wel specifiek worden genoemd? De heer VAN BUITENEN antwoordt, dat een juiste ra ming bij de bedrijven voor uitbreiding uiterst moeilijk is. Waarvoor het bedrag wordt besteed, blijkt uit de suppletoire begrooting, welke jaarlijks aan den Raad wordt overgelegd. Spr. ziet er het nut niet van in om dezen post pro memorie te ramen. De heer VAN VEEN komt op voor de rechten en de plicht van den Raad om te weten en te beoordeelen, waar en hoe het geld besteed wordt. De VOORZITTER merkt op, dat de bedrijfsleiding in haar vrijheid beperkt is door het toezicht van de Gascom- missie en de besluiten van Burgemeester en Wethouders. De heer VAN VEEN wijst er nog op, dat de Gascom- missie niet moet, maar kan worden gehoord. Zonder verdere bedenkingen wordt de begroo ting voor het Gasbedrijf daarop onveranderd goedgekeurd en vastgesteld. De VOORZITTER verdaagt alsnu de vergadering tot den volgenden dag, des namiddags 2 uur. 0 De Secretaris, De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 428