15 NOVEMBER 1929. 1037 de belasting per jaar bedragen, bij een terreinbreedte langs den weg van 5 M. en een straatbreedte van 8 M. of minder f 5,60; bij 8 M. tot minder dan 12 M. f 6,10; bij 12 M. of meer f 7,80bij een terreinbreedte lai gs den weg van 6 M. en een straatbreedte van 8 M. of minder f 6,72; van 8 M. tot minder dan 12 M. f7,32; en 12 M. of meer f9,36. En al zijn deze bijdragen ir; het algemeen niet hoog te noemen en al zouden eigenaren van gronden, welke grenzen aan straten, die vóór de annexatie gelegen waren onder de gemeente Teteringen, velgens het destijds door die gemeente opgemaakt ontwerp vermoedelijk wel dezelfde belasting hebben mc ten beta toch len zij het wel niet billijk vinden, ver. «oedelijk een niet, omdat eigenaren van perceelen, grenzende aan de z.g. grensstraten, van die be lasting worden vrijgesteld. Doch m.i. bestaat er voor het heffen van een matige belasting voor bovengenoemde wer ken van de eerst-belanghebbenden geen redelijk bezwaar. Nu evenwel Burgemeester en Wethouders de voorkeur geven aan het heffen van een algemeene belasting van na 1 Mei 1927 voor het eerst tot stand gebrachte verharding en/of rioleering van openbare wegen, met uitzondering van een vijftal met name genoemde straten, zal die belasting ook gelden voor straten als b.v. de Kolfbaanstraat, ofschoon die vroeger door Princenhage is gerioleerd. De rioleering is echter zóó primitief, dat zij allang geheel verstopt is, waardoor die straat bij regenachtig weer bijna onbegaanbaar is. En daar de Kolfbaanstraat blijkbaar bewoond wordt door arme menschen en de aanlegbelasting door de eige naren wel op de huurders zal worden verhaald, zou ik gaarne vernemen, of mijn meening juist is, dat bij verhar ding van die straat en eventueeie vernieuwing der rioleering, voor de rioleeringswerken geen belasting zal worden geheven, wijl die straat aan de zijde van den Bredascheweg een breedte heeft van ruim 10 M. en verderop tot 127a M. toe, zoodat de bewoners volgens deze verordening voor de hoogste belasting in aanmerking zouden komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 1037