1058
15 NOVEMBER 1929,
„dering der Geneeskunst geplaatste bericht omtrent het
„„medisch conflict" heeft zeer de aandacht getrokken van
„Burgemeester en Wethouders, aangezien de zaak der op
lossing nog in het stadium van overleg verkeert.
„Een daad van publiceering als thans eenzijdig is geschied
„en waaraan wij niet gaarne schuldig zouden staan, wijl zij
„slechts den indruk kan geven in het overlegstadium zich
„publiek te bedienen van een strijdmiddel, vergemakkelijkt
„de oplossing niet. Toch wordt de oplossing van het con
flict althans door ons niet alleen mogelijk, doch alleszins
„waarschijnlijk geacht. Daarom te meer achten wij het niet
„gewenscht den weg der medici ten deze te volgen.
„Ook meenen wij ons te moeten onthouden van bemoeiing
„met het oordeel van den nog bemiddelenden Commissaris
„der Koningin omtrent de publicaties der medici."
De heer HAALMAN vraagt het woord.
De VOORZITTER antwoordt, dat hij over deze zaak geen
debat kan toestaan.
2. Vragen van het raadslid P. Haaiman, in zake het
plechtig afscheid van Luitenant-Generaal Van Everdin-
gen, oud-gouverneur der Koninklijke Militaire Academie,
ten Stadhuize, luidende:
„Volgens de verslagen, voorkomende in de plaatselijke
„bladen van Dinsdag 12 November j.l., heeft op Maandag
„11 November j.l. ten vier ure namiddag, te midden eener
„bloemen- en palmenweelde, in de groote, riante en gezel-
„lige receptie-zaal ten Stadhuize (Bredasche Courant) een
„groote plechtigheid plaats gehad. Door wie(n) werd deze
„plechtigheid uitgeschreven?
„Is het juist, dal, na de officieele plechtigheid, door de
„gemeente Breda een „thee" is aangeboden?
