21 NOVEMBER 1929. 1093 - en vraagt, of dat nu geen reden is om de huurprijzen voor die woningen even hoog te stellen. De heer VAN MIERLO erkent, dat bij de vaststelling van het bouwplan rjiet van selectie is gesproken, maar ieder mensch met gezond verstand kon toch begrijpen, dat deze woningen voor valiede arbeiders bestemd waren. De behoefte .aan dit soort woningen is groot. En als men ziet, waar de aspirant-huurders vandaan komen, dan mag men hier wel van een goede, ruime arbeiderswoning spreken. Binnen niet te langen tijd hopen Burgemeester en Wethouders met een nieuw plan voor den bouw van arbeiderswoningen bij den Raad te komen, waarbij wellicht toeslag op de huren kan worden gegeven. In het onderhavige geval is er echter geen reden voor het verkenen van toeslag., Tenslotte wil Spr. nog opmerken, dat verschillende aspirant-huurders reeds in ge meentewoningen, die goedkooper zijn, wonen. In verband methun inkomen worden deze huurders nu naar deze wo ningen overgeplaatst, waardoor enkele goedkoopere gemeen tewoningen voor minder draagkrachtigen vrij komen. Zonder verdere bedenkingen wordt daarop con form het voorstel van Burgemeester en Wethou ders besloten. 64. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot vast stelling eener ontwerp-verordening op het gebruik van het Openbaar Slachthuis. De heer HAALMAN verzoekt de behandeling van dit voor stel tot de volgende vergadering aan te houden. Spr. zal waarschijnlijk amendementen daarop indienen. De VOORZITTER zegt, dat tegen inwilliging van dit ver zoek geen bezwaar bestaat. Spr. geeft den heer Haaiman

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 1093