10 16 JANUARI 1929. gekomen, welke voor de volksgezondheid van uitnemend belang kan zijn, vooral als van alle zijden de gewenschte samenwerking wordt gevonden. Ik doel op het genees kundig schooltoezicht. Wat de scholen betreft, blijkt men vrijwel eenstemmig den maatregel toe te juichen. Slechts een drietal instituten beantwoordden ons verzoek nog niet instemmend. Voor zoover het onderzoek reeds plaats had, trad de noodzakelijkheid aan het licht. Mijne Heeren, welgemoed zetten wij in 1929 onze taak voort. God moge onzen arbeid Zijn zegen schenken. De heer CERUTTI antwoordt het volgende: Mijnheer de Voorzitter, Mij valt als 's Raads Nestor, weder de eer te beurt U den dank van de raadsleden over te brengen voor Uwe goede wenschen ons aangeboden voor het pas ingetreden Nieuwjaar. Namens den Raad bied ik U wederkeerig zijn beste wen schen aan en spreek ik de hoop uit, dat het jaar 1929 voor U en de Uwen ook een alleszins gelukkig jaar moge zijn. Moge vooral een goede gezondheid U blijven geschonken, opdat U met opgewektheid krachtdadig zult kunnen arbeiden aan de vervulling Uwer zoo gewichtige en veel omvattende taak. De Raad herdenkt met vreugde de nog zoo versch in het geheugen liggende, schitterende feestviering ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan der Koninklijke Militaire Academie, vooral het daarmede gepaard gaande bezoek der Koninklijke Familie. Wij namen ook ditmaal wederom met belangstelling kennis van het door U zoo even uitgebracht statistisch ver slag over het afgeloopen jaar alsmede van het belangrijke, dat in de naaste toekomst aan den Gemeenteraad ter be oordeeling zal worden voorgelegd. De Raad verklaart zich te allen tijde bereid, naar beste weten, met het dagelijksch bestuur te zullen samenwerken aan al datgene wat leiden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 10