19 DECEMBER 1929. 1125 21. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het toekennen van een crediet voor het doen aanbrengen van en kele verbeteringen in het woonwagenkamp, luidende als volgt: „Naar aanleiding van de naar voren gebrachte wenschelijk- „heid tot het door deuren doen afsluiten en het verdeelen „van den stal van het woonwagenkamp in verschillende stan- „den, is een begrooting van kosten opgemaakt voor het doen „uitvoeren van die r/erkzaamhedeti. Het totaal is begroot op „f 550, -, n.l. f 370,voor het aanbrengen en maken van „plaatijzeren deuren en f 180, - voor het maken van afschei dingen tusschen de ruiven en het aanbrengen van lattier- „palen en bootnen c.a. „In dit verband wordt verwezen naar bldz. 625 van de „raadsnotulen van 16 Mei j.l. „Wij hebben de eer U voor te stellen voor het aanbrengen „van bovengenoemde verbeteringen een crediet toe te staan „van f 550,—." De heer MEIJVIS verklaart, zich met dit crediet te kunnen vereenigen. Spr. dringt er op aan, dat de aan te brengen ver beteringen niet op zoodanige wijze tot stand komen, dat de paarden niet behoorlijk meer kunnen staan. Volgens deskun digen moet de afstand van paard tot paard 1.25 Meter bedra gen. Spr. verzoekt hiermede rekening te houden, desnoods door minder paarden te doen stallen. Ten slotte merkt Spr. op, dat van alle aan te brengen verbeteringen in het woon wagenkamp, de noodzakelijkste is, het bestraten van het ter rein. Deze blijft juist achterwege. Spr. dringt er daarom op aan, om het geheele terrein te doen bestraten, desnoods met oude keien, omdat thans bij regen het geheele terrein één modderpoel is. De heer VAN VEEN kan zich met het verzoek van den heer Me ij vis tot het doen bestraten van het geheele terrein

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 1125