1196 19 DECEMBER 1929. de begrooting, waarin iedereen de cijfers kan vinden, die hij zooeven heeft genoemd. De heer Van de Ven is blijkbaar ongerust over het verloop van den woningbouw in den Belcrumpolder. Er is inderdaad een plan van verkaveling van gronden in dien pol der voor arbeiderswoningbouw gemaakt, maar toen kwam kort daarop de aanvraag van het Bisdom om grond voor den bouw van een kerk en scholen. Die aanvraag is door den Raad ingewilligd en daarmee was eerstgenoemde verkaveling in de war gestuurd. De gemeente heeft inmiddels grond aan het Westeinde aangekocht en nu het College aankondigt, dat het spoedig zal komen met een voorstel tot den bouw van arbeiderswoningen met lage huurwaarde aldaar, is het weer niet goed. Het ligt in de bedoeling van het Gemeentebestuur een Rijkstoeslag op de exploitatie-kosten aan te vragen, zoo dat de huurprijs op pl.m. f 3, per week zal kunnen worden gesteld. De inhoud der woningen zal pl.m. 178 M3. bedragen, terwijl zij 3 slaapkamers op de bovenverdieping zullen tellen. Het zuflen dus behoorlijke woningen zijn voor dien lagen prijs. Inmiddels wil Spr. wel mededeelen, dat het plan tot woningbouw in den polder hiermede niet van de baan is. Verschillende omstandigheden waren echter oorzaak, dat Burgemeester en Wethouders meenden goed te doen eerst het plan aan het Westeinde uit te voeren. De heer Van Veen wil de kosten van bestrating en, rio- leering niet zien afgewenteld op de bewoners der aan den weg gelegen panden. Als Spr. met dien wensch rekening moest houden, dan ziet hij geen kans om de begrooting: slui tend te maken. De heer VAN VEÊN: Dan heeft U er geen kaas van ge geten De heer VAN MIERLO, voortgaande, zegt, dat het be zwaarlijk en kostbaar is en lang niet afdoende, bij de spoor-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 1196