20 DECEMBER 1929.
1233
een buizenrecht en stelt voor, in beginsel daartoe te besluiten
door op deze begrooting een post van f 1,— uit te trekken
voor buizenrecht en den post „Winstuitkeering aan de ge
meente" met f 1,te verminderen.
De VOORZITTER verzoekt den heer C e r u 11 i, het aan
het College van Burgemeester en Wethouders te willen over
laten, die zaak bij de Gascommissie aanhangig te maken.
De heer CERUTTI neemt daarmede genoegen.
De heer VAN HOUTEN zegt het volgende
Mijnheer de Voorzitter.
Met genoegen heb ik geconstateerd, dat Burgemeester en
Wethouders bereid zijn eventueele verlaging van installatie-
en meterhuur onder het oog te zien, maar ik dring toch op
spoed aan, daar m.i. deze tarieven te hoog zijn, en zie daarom
voorstellen tot verlaging gaarne zoo spoedig mogelijk tege
moet.
Verder is er door mij op aangedrongen om de verplichte
afname van 240 M3. gas over den muntmeter terug te bren
gen tot 150 M3.
Burgemeester en Wethouders zeggen nu in het antwoord
op het Centraal Rapport, dat voor vermindering der verplichte
afname geen redelijke grond bestaat, daar bij minder verbruik
de kosten niet gedekt worden door den 1 cent hoogeren prijs.
Laat ons eens zien wat daarvan waar is.
Practisch is het nu zoo, dat zij, die muntgas voor verlich
ting, komforen enz., gebruiken, toch wel de 240 M3. per jaar
noodig hebben, zonder dat men hun deze verplichting op
legt.
Anders staat het met hen, die b.v. electrisch licht hebben
en daarnaast in de keuken een komfoor gestookt met muntgas.
Het is met zulke verbruikers dus zoo gesteld, dat zij, b.v.
in de wintermaanden, practisch gesproken geen gas verbrui-