1250 20 DECEMBER 1929. de vacantietoeslag in de andere provinciën, doch niet in alle groote plaatsen, daar een verzoek om toekenning van laatst genoemden toeslag b.v. te Rotterdam op 4 October 1.1. nog is afgewezen. In ons land bestaan in 43 gemeenten, waaronder 15 grootere en 28 kleinere, blijkbaar geen overwegende bezwaren om ook voor het politic-personeel de 48-urige werkweek in te voerenhier bestaat voor het overige gemeentepersoneel ook geen langere werkweek en voor het politie-personeel werd op 1 Januari 1.1. bij wijze van proef de 48-urige werkweek inge voerd, met de bepaling, dat als de diensttijd in een jaar, 50 uren per week niet te boven ging, betaling van de meerdere uren achterwege zou blijven. Nu zal door het verplicht in voeren van den politiecursus, die werkweek worden verhoogd hnet 2 uren. Het laten volgen van dien cursus komt mij niet ongewenscht voor, doch niet als dit moet gaan door opvoe ring van de werkweek tot een maximum van 50 uren. Het laten volgen van dien cursus in diensttijd heeft dit bezwaar, dat daardoor weer meer personeel aan den dienst wordt ont trokken, terwijl nu al op meer politietoezicht wordt aange drongen, is het mijn meening, dat het vrijwillig volgen van dien cursus zooveel mogelijk moet worden aangemoedigd, doch niet verplichtend behoort te worden gesteld. En al zal het volgen van dien cursus zeker zijn nut hebben, daar onder meer wetten en verordeningen worden besproken en uitgelegd, toch is het te betwijfelen, of dit nu wel beslist noodzakelijk is, daar het hier toch personen geldt, die vóór hun indiensttreding in het bezit waren van het politie-diploma, en later voor hun overgang naar de le klas weder aan een examen werden onderworpen, terwijl hun toch alle wetten cn verordeningen worden uitgereikt, waardoor zij in slaat worden gesteld, zich de voor hun beroep benoodigde wetskenn'rs eigen te maken. Daar elke week een cursus wordt gegeven van 6 tot 9.30 n.m. en op die uren 1(3 deel van het corps in dienst is, dat van dien cursus wordt vrijgesteld, beteekent dit, dat geregeld

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 1250