1252 20 DECEMBER 1929. slechts 20 gebruikt, niettegenstaande het een druk jaar ge weest is. De 104 overuren kunnen dus gerust vervallen. Nu zal het erop neerkomen, dat de verplichte cursus in, die 104 overuren zal moeten worden gevolgd, terwijl er niet voor wordt betaald. Afgezien daarvan vindt Spr. het niet wensche- lijk, den cursus verplicht te stellen. Welk nut hebben men- schen met 30 dienstjaren en met een diploma van zulk een cursus. Deze bestaat nu acht jaar en Spr. heeft nog nooit resultaten daarvan gehoord. Als de cursus verplicht wordt gesteld, haalt hij niets uit; het resultaat is alleen, dat de 51-urige werkweek in plaats van de 48-urige wordt ingevoerd. Als de cursus toch verplicht wordt, dan wil Spr. voorstellen de 104 overuren af te schaffen of als overuren te betalen. Ter zake van het toekennen van een vacantietoelage merkt Spr. op, dat het beter is dit onderwerp aan te houden ,en eerst het georganiseerd overleg voor werklieden om advies te vragen. De heef ZIJLMANS vraagt, of het programma van den politiecursus niet aan den Raad kan worden overgelegd. Naar Spr. meent te weten, zijn de agenten niet over den cursus tevreden. De heer VAN VEEN wenscht zijn waardeering uit te spre ken over de wijze, waarop de politie in korten tijd de verkeers moeilijkheden heeft opgelost. Den laatsten tijd echter hoort men klagen, dat er van het goede te veel komt. Het stilstaan van voertuigen voor tal van perceelen wordt belet, waardoor veel nadeel ontstaat. Het laden en lossen van goederen op regelmatige wijze wordt aldus onmogelijk. Men kan dikwijls niet eens voor een kort oogenblik een winkel binnengaan, of de politie komt zeggen, dat de wagen weg moet. Spr. vraagt, of de politie te dezer zake niet wat soepeler kan optreden. Tevens wenscht Spr. te wijzen op de geringe breedte, die des zomers op sommige plaatsen voor de voetgangers op de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 1252