160 18 JANUARI 1929. zooals het hier genoemd zou worden, dun. Weet U we!, a Mijnheer de Voorzitter, door wien dat gebeurt? Ik zal het v U zeggen, opdat U een goeden kijk zult krijgen op de ji zaak, waarover het hier gaat. n De menschen gaan 's avonds laat aanplakken en doen n dat op muren en schuttingen, waar het geoorloofd en niet p geoorloofd is. Zij doen dat op die plaatsen, waar het biljet n de meeste aandacht trekt van de voorbijgangers, en als de v politie hen te pakken krijgt en zij daardoor een proces u verbaal oploopen, zal niemand daar iets van zeggen, maar zi de manier, waarop de Inspecteur 2e klasse Brouwers d te werk gaat, gaat alle palen en perken te buiten en getuigt n meer van kinderwerk dan van het optreden, dat men van gi een politieman mag verwachten. Die persoon dan heeft de aardigheid cm al de biljetten en platen, die van socialistische pi strekking zijn, af te scheuren met zijn sabel en hij geeft le zelfs zijn minderen opdracht hetzelfde te doen, indien zij zi maar zoo gek zijn om aan dergelijke opdrachten uitvoering ve te geven. Ik zeg, Mijnheer de Voorzitter, dat hij zulks he alleen doet ten opzichte van onze platen, zelfs als hem een m bewijs getoond wordt, dat er voor het aanplakken toestem- zij ming verleend is. „d Een eigenaardige ondervinding heb ik daarvan zelf op- Ik gedaan. Aan mijn woning wordt een plaat aangeplakt. dii Even later komt een agent iemand, die mij goed kent wc en ook weet te wonen die netjes het biljet gaat staan Gc afscheuren. Ik zit in mijn kamer en laat den man zijn gang toe gaan. Eenige dagen later heb ik hem daarover onderhouden ga en hij heeft mij toen beloofd, het niet weer te zullen doen. zie Maar zooiets is toch teekenend voor de mentaliteit van die he menschen. a de Ik heb platen zien hangen (men kan ze nog zien) van de B. A. T. O. M. De inspecteur Brouwers was ook in dienst toen die aangeplakt werden, ook op plaatsen, waar zulks verboden is; ik noem o. a. de noodwoningen, tele- 1 phoonpalen enz. Mijnheer Brouwers heeft die niet in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 160