'182 21 JANUARI 1929. invloed heeft op de huurprijzen valt te erkennen, maar onbillijkheid zit daar niet in. De heer CERUTTI acht het idee van den heer Broos moeilijk voor verw zenlijking vatbaar zonder een gemeen telijke hypotheekbai k. De heer VAN VEEN hoopt voldoende te hebben aan getoond, dat er voor de woningen van de bouwvereenigin- gen, waar deze de kosten van straataanleg hebben moeten betalen, een exceptioneelen toestand bestaat. Hij deed dit met het doel om de huren te kunnen verlagen. Volgnummer 140. Kosten van de woningtelling. De heer RIPPEN meent te moeten terugkomen op een reeds vroeger door hem gedaan voorstel tot het houden eener woningtelling, ofschoon het toen reeds breedvoerig is besproken. Wanneer men de nieuwjaarsrede van den Burgemeester van Tilburg vergelijkt met die van den Bur gemeester van Breda, dan valt het op, dat men in Tilburg het juiste woningtekort kan aangeven, hetgeen hier niet het geval is. Spr. wenscht derhalve hieromtrent een positief besluit uit te lokken en ^wlcll daailui de wlgcndc matir amy-. „De Raad, van oordeel, dat tengevolge van de annexatie hem het cijfermateriaal en de noodige gegevens ontbreken ten opzichte van het aantal gezinnen, het aantal woningen en de bevolking der woningen in Breda Constateerende, dat het gemeentelijk bureau voor Bouw- politie en Volkshuisvesting deze gegevens en cijfers niet eerder kan verstrekken dan nadat een nieuwe woningtelling zal zijn gehouden Besluit tot het houden van een woningtelling in den loop van het jaar 1929."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 182