214
21 JANUARI 1929.
De heer COHEN vreest, dat de uitgetrokken post maar
een zoethoudertje is. Er is reeds zoo vaak over gesproken
en daarom vreest Spr., dat de inrichting er het volgend jaar
nog niet zal zijn. Spr. hoopt echter, dat binnen 3 maanden
een definitief voorstel van Burgemeester en Wethouders den
Raad zal bereiken.
De VOORZITTER zegt, dat Burgemeester en Wethouders
deze hoop deelen.
De heer VAN VEEN was het vorig jaar dankbaar, toen
hiervoor een memoriepost op de begrooting werd uitgetrok
ken. Thans is daarvoor een bedrag van f 45.000,geraamd.
Burgemeester en Wethouders zijn alsnu tegenover den Raad
verplicht aan dat besluit uitvoering te geven. Spr. is derhalve
voldaan; hij hoopt echter, dat de inrichting niet zal worden
gebouwd op een plaats, welke daarvoor minder geschikt is.
De post wordt hierop goedgekeurd.
Hoofdstuk V. (Volkshuisvesting).
Volgnummer 670. Verstrekken van gelden onder hypothecair
verband voor de met premie gebouwde arbeiders- en
bescheiden middenstandswoningen.
De heer SCHRAUWEN zegt het volgende:
Mijnheer de Voorzitter.
Vóór de grenswijziging was er te dezer stede geen grond
voor arbeiderswoningbouw beschikbaar, zoodat de gemeente,
wilde zij aan het groote tekort van dit soort woningen ook
maar eenigszins tegemoet komen, genoodzaakt was buiten
haar gebied, aan den Vestkant, 84 woningen te bouwen.
Het spreekt vanzelf, dat dit getal, gezien het tekort van
circa 900 woningen, slechts voor een gering deel in de