240 31 JANUARI 1929. zijmuur of tuinafscheiding kan geen gunstige oplossing genoemd worden. Door een schetsplan bij te voegen zouden we ingelicht zijn geweest en misschien ook voldaan en zouden we ons ook een denkbeeld hebben kunnen vormen van de kosten die de geheele verwezelijking van het plan met zich mee brengt. Nu tasten we slechts in het duister. De heer VAN MIERLO zegt, dat voor te maken trottoirs ter plaatse, het noodig is, dat enkele stukjes grond aan de gemeente Breda moeten overgaan. Vanwege den dienst van Openbare Werken is aan de betrokken eigenaren ge vraagd om den grond kosteloos aan de gemeente af te staan, met de mededeeling, dat Breda als contra-prestatie zou zorgen voor goede trottoirs. Men is daar echter naar het schijnt een actie begonnen om er een slaatje uit te slaan en sommigen vragen zelfs tot f 5,per M2. voor den grond. Op deze voorwaarden is de gemeente Breda niet van plan in te gaan. Spr. zegt, dat de gemeente wil zorgen voor een goede straat en goede trottoirs, maar dat zij niet genegen is voor den benoodigden grond, waar de eigenaars niets aan hebben en voor hen dus geen- waarde heeft, nog geld te geven op den koop toe. Zijn de be trokken eigenaren niet van plan hierop in te gaan, dan is de gemeente ook niet van plan daar trottoirs te leggen en blijft de toestand, welke iedereen ongewenscht vindt, zooals hij is. De bewoners hebben dan echter geen reden tot klagen. Wat de overname van den grond van den heer Créton betreft, kan Spr. geen positief antwoord geven op de vraag, wat de gemeente van plan is met dien grond te doen. Dat zal van de omliggende eigenaren afhangen, die voor het oogenblik op het aanbod van de gemeente niet willen ingaan. De zaak is thans zoover als in de stukken is aangegeven. Met die menschen is zeer moeilijk te praten en tot accoord te komen. De heer Créton is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 240