302 14 FEBRUARI 1929. Zonder verdere opmerkingen wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 15. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij wederom aanbiedende hun in de vergadering van 10 Oc tober j.l. aangehouden voorstel tot verbouwing van het kantoor der Gemeentewerken, met verzoek daarvoor, inge volge een nader opgemaakte, gespecificeerde begrooting, een crediet te willen verleenen van f 85,000,—, en onder mededeeling, dat de op een lid na voltallige commissie van bijstand in het beheer van Openbare Werken zich met dit voorstel kan vereenigen. De heer RIPPEN brengt in herinnering, dat de voor naamste reden, waarom dit voorstel in de vergadering van 10 October j.l. is aangehouden, was gelegen in het feit, dat de Bouwcommissie het niet daarover eens was. Die commissie is hier op het oogenblik niet in haar geheel tegenwoordig; van het drietal leden is slechts de heer Van Groenendael aanwezig. Is zij het thans met het voor stel van Burgemeester en Wethouders eens, dan kan dit voor Spr. en zijn fractiegenooten misschien aanleiding zijn om zich ook daarbij neer te leggen. Hun tweede bezwaar betreft het feit, dat volgens dit plan het geheele tegenwoordige gebouw, hetwelk nog in goede conditie verkeert, tegen den grond wordt gegooid. Spr. vraagt derhalve, of het niet mogelijk is, het nieuwe gebouw op een andere plaats neer te zetten. De heer VAN GROENENDAEL deelt als het eenige lid van de Bouwcommissie, dat hier aanwezig is, mede, dat de heer Esbach alleen overlegging van een gespecificeerde begrooting wenschte; aan dien wensch is voldaan en nu kan de heer Esbach zich met het voorstel vereenigen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 302