352 14 FEBRUARI 1929. de geheele linie te adviseeren. Dat is niet geheel juist, Mijnheer de Voorzitter. Wanneer het in de bedoeling lag, niet verder te gaan dan Uw prae-advies van heden, dan had men eerder be- hooren in te grijpen, n.l. in de commissie voor georganiseerd overleg, doch niet door een m. i. misplaatste lijdzaamheid van den voorzitter verwachtingen laten groeien, die men van te voren reeds wist niet te zullen voldoen. Deze hou ding ware beter geweest, omdat U wel wist, dat U bij een afwijzende houding zou kunnen rekenen op het meerendeel van den Raad, die een algeheele verhooging over de ge heele lijn niet zou willen om de eenvoudige reden, dat daarvoor geen voldoende motieven aanwezig zijn. Zelf ambtenaar, en daardoor gaarne mijn krachten gevend om aan den ambtenaar een behoorlijk loon te bezorgen, moet ik getuigen, dat over het algemeen de salarissen der gemeente Breda behoorlijk zijn, in vergelijking met andere gemeenten, vooral wanneer men de aandacht gevestigd houdt op het feit, dat hier geen pensioenkorting wordt toe gepast. Maar het feit, dat men de commissie voor geor ganiseerd overleg, zonder een enkele vingerwijziging haar gang heeft laten gaan, maken het zoo bijzonder moeilijk om thans het prae-advies van Burgemeester en Wethouders aan te vullen in de plaatsen, waar dit noodig is. Zooals ik gezegd heb, aanvaard ik het prae-advies maar op afbetaling en hoop nog in deze vergadering nadere voorstellen aan Uw College en den Raad te doen. Er is echter een enkel punt, dat ik nu reeds ter sprake zou willen brengen, n.l. de wenschelijkheid om een formatie vast te stellen zoowel voor de Secretarie als voor de be drijven. Toen in de landsregeering besloten werd geen salaris- verhooging toe te staan zonder goedkeuring van den Mi nister van Financiën, is het wel eens voorgekomen, dat een minister, die deze alles tegenhoudende klip wilde om zeilen, zijn toevlucht nam tot rangsverhooging, om aan een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 352