378 14 FEBRUARI 1929. De heer VAN DE VEN zegt, dat als de stukken, over eenkomstig den wensch van den heer Rippen, naar de Commissie voor Georganiseerd Overleg teruggestuurd worden, men hetzelfde resultaat bereikt, tenzij de voorzitter dier commissie eerst een mandaat ontvangt. De heer KROONE herhaalt, dat de Commissie voor Ge organiseerd Overleg zich wèl over het rapport der Salaris commissie heeft uitgelaten; hij vindt het derhalve onzin nig om dit rapport wederom in handen dier commissie te stellen. De heer HAALMAN is in beginsel niet tegen terugzending van de stukken naar de commissie voor georganiseerd overleg, maar Spr. moet dan de verzekering hebben, dat het resultaat anders zal zijn dan nu. En dat kan, want de bedoeling van het georganiseerd overleg is, dat het product van dat overleg door den voorzitter der commissie in den Raad wordt verdedigd. Die voorzitter zal, alvorens met de organisaties te kunnen onderhandelen, een machtiging van Burgemeester en Wethouders moeten hebben, hoever hij kan gaan. Het resultaat van die onderhandelingen zal de voorzitter dan in den Raad hebben te verdedigen. In die richting behoort het georganiseerd overleg te gaan. Het is nog niet gezegd, dat de Raad al hetgeen voorgesteld wordt zal aanvaarden, maar hij heeft daaraan dan toch in elk geval een goeden leidraad. De Raad moet thans weten, of het georganiseerd overleg voortaan op die wijze zal func- tioneeren; Spr. wenscht daarover eerst een principieele uitspraak, anders bereikt men met het voorstel -Ri ppen niets. De heer VAN BUITENEN zegt, dat de organisaties naast het eene boompje (het salarisrapport) een ander hebben willen zetten (een algemeene salarisherziening), doch Spr,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 378