414 7 MAART 1929. „Hiermede hebben wij de eer U een plan tot rioleering „en verharding van den weg langs het Wilhelminapark (de „verlengde Koninginnestraat) aan te bieden. Het ligt in de „bedoeling hier een steenslagweg te maken, die eerst met „teer en later met spramex zal worden behandeld. Een „dergelijke verharding is ook uitgevoerd in de Prinsesse- straat. „Dit plan sluit tevens geheel aan bij de verharding der „overige wegen in het Wilhelminapark, zoodat daardoor „één geheel wordt verkregen en het aanzien van het park „zal worden verhoogd, terwijl voor het verkeer daar ter „plaatse deze soort verharding alleszins voldoende voorkomt. „De kosten van een en ander worden geraamd op „f 32,000,—. „Wij hebben de eer U voor te stellen, ons te machtigen „tot uitvoering van bovenbedoeld werk te doen overgaan en „daarvoor een crediet te verleenen van f 32,000, De heer VAN VEEN geeft in overweging, het hoofdriool over de laatste 5 meter met de monding onder water te laten duiken om hygiënische en welstandsredenen. Het verharden van dezen weg met steenslag lijkt Spr. niet juist; hij geeft in dit geval de voorkeur aan een klinkerbestrating. De heer VAN MIERLO zegt, dat hij op de eerste op merking van den heer Van Veen niet zal ingaan; die kwestie is hier al zoo dikwijls besproken en men wordt het er toch niet over eens. Als de heer Van Veen denkt, dat zijn systeem het alleenzaligmakende is, dan moet hij maar trachten de technische ambtenaren daarvan te over tuigen. Wat de kwestie van de verharding van den weg betreft, staat Spr. aan de zijde van den heer Van Veen; ook hij geeft de voorkeur aan een klinkerbestrating; deze is voor de onderwerpelijke straat ruim voldoende. De heer ESBACH merkt op, dat deze aangelegenheid al

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 414