646 16 MEI 1929. „oordeel zijn, dat, indien vanwege de gemeente werken in „het algemeen belang tot stand gebracht, en daarbij tevens „particuliere belangen bevoordeeld worden, het aan een „gemeentebestuur niet vrij staat, de kosten geheel ten laste „der gemeentekas te brengen. Integendeel zal het zoo „nauwkeurig mogelijk moeten onderzoeken in welke mate „het particuliere belang bevorderd wordt, maar zal daarbij „steeds gevaar loopen tot een aanvechtbaar resultaat te „komen. „In casu zijn wel in sterke mate particuliere belangen „bij het uit te voeren werk betrokken en er zou wellicht „reden bestaan om de kosten tot een hooger pecentage „dan 60% over de eigenaars der aanliggende gebouwen en „gronden aan te slaan. Nu de verkeerde toestand echter „langzamerhand is ontstaan, kan het tot het algemeen be- „iang gerekend worden, dat de gemeente draaglijke toe standen schept voor aanwezige industrieën en voor die, „welke zich hier zouden willen vestigen, terwijl het toch ook „tot de taak der gemeente behoort te zorgen voor de vei- „ligheid van verkeer, personen en goederen, zoo meenen „wij ons tot het genoemde percentage te kunnen bepalen." Zie voor het Centraal-Rapport der afdeelingen en de Memorie van Antwoord van Burgemeester en Wethouders de bijlagen I en II, achter het verslag van deze vergadering opgenomen.) De VOORZITTER opent de algemeene beschouwingen. De heer ESBACH zegt het volgende: Waar de voorgestelde baatbelasting als bijdrage in de kosten van voorgestelde werken aan de Markkade in hoofd zaak geldt industrieën en hier dus veel minder dan bij woonstraten gesproken kan worden van algemeen commu naal belang, mede in verband met haar ligging, kan ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 646