672 13 JUNI 1929. 11. Schrijven van het College van Regenten van het Oude- Mannenhuis, daarbij ter goedkeuring aanbiedende de reke ning van ontvangsten en uitgaven van dat gesticht over 1928. De VOORZITTER geeft in overweging, deze rekening te stellen in handen van een commissie van drie leden ter fine van onderzoek en rapport. Hiertoe besloten zijnde en op verlangen van den Raad, dat de Voorzitter deze commissieleden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig benoemd de heeren Cerutti, Van Oosterum en Z ij 1 m a n s. 12. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende drie voljaarskohieren voor het gebruik van openbaren gemeentegrond, dienst 1929. Zonder eenige bedenking worden deze kohieren vastgesteld op de bedragen, zooals die door Burgemeester en Wethouders zijn opgemaakt. 13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot defi nitieve benoeming van A. J. M. Rom bouts tot boekhouder bij de lichtbedrijven en waterleiding met ingang van 1 Juli a.s. De heer VAN VEEN zegt het volgende: Persoonlijk heb ik tot dusver niet anders dan goeds over het werk van den heer Rom bouts gehoord, zoodat er voor mij geen reden is om tegen diens benoeming in vasten dienst te zijn. Maar hoe denken Burgemeester en Wethouders en de gascomrnissie daarover?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 672