674 13 JUNI 1929. liggen, dat deze is gefundeerd op het oordeel van den directeur, voor hun voorstellen aan den Raad dragen Bur gemeester en Wethouders de verantwoordelijkheid. Zonder verdere opmerkingen wordt daarop conform het voorstel van Burgemeester en Wet houders besloten. 14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot toe kenning van een bijslag op het pensioen van de weduwe van den gepensionneerden hoofdagent van politie C. F. L. Vink. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. 15. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot vast stelling eener verordening op de heffing en invordering eener baatbelasting (aangehouden in een vorige vergadering), met nader voorstel van Burgemeester en Wethouders, luidende als volgt: „Het voorstel, door den heer Loon en bij de algemeene „beraadslagingen van 16 Mei 1929 over het ontwerp „Baat- „belasting-Markkade" gedaan, om art. 5, 5e lid te lezen „„Zijn de eigendommen gelegen binnen 120 M. afstand „langs de Kade, gerekend van de spoorbrug af, dan geldt „50 70 van het in het vierde lid bedoelde eindbedrag als „verschuldigde belasting" en de opmerkingen van de heeren „Esbach, Gruijs en Van Veen, hebben ons ertoe „gebracht eenige nieuwe berekeningen voor de te heffen „baatbelasting op te zetten. „Door de stichting van nieuwe gebouwen mag een ver meerdering van de belastbare opbrengst gebouwd van de „H. K. I. worden verwacht van ongeveer f 25.000,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 674