13 JUNI 1929. 702 thans drie openbare scholen vlak bij elkaar gelegen zijn door één daarvan op te heffen behoudt men nog een be hoorlijke voorziening in dat stadsdeel. Een feit is het, dat de school jaar in, jaar uit in leerlingental is teruggeloopen, zon der dat het aantal leerlingen is gedrukt de hoofden hebben trouwens belang bij het tegendeel. Daarbij komt, dat het hoofd der school met 1 September a. s. den dienst gaat ver laten en dat er twee tijdelijke leerkrachten aan de school ver bonden zijn. Het moment is dus wel buitengewoon gunstig voor opheffing. De heer RIFFEN vindt, dat het voorstel om de school aan de Kloosterlaan op te heffen wel zeer plotseling uit de lucht is komen vallen. Spr. zou de school nog een kans willen ge ven om zich te herstellen en stelt derhalve voor, Burgemees ter en Wethouders uit te noodigen hun voorstel nog een jaar terug te nemen en de zaak dan nog eens opnieuw te bezien. De VOORZITTER vraagt zich af, of de heer Rip pen wel een vriend van het openbaar onderwijs is. Hoe kan deze anders voorstellen om nog een jaar met dit kapotte wagentje dpor te rijden. Bovendien zal men dan een nieuw hoofd moeten aanstellen, die over een jaar weer de woestijn wordt ingestuurd. Het voorstel-R i p p e n wordt daarop in stem ming gebracht en verworpen met 16 tegen 9 stemmen. Tegen: de heeren Brantjes, Van Oosterum, Broos, Van de Ven, Cerutti, Van Buitenen, Ku ij laars, Schrauwen, Van Noort, Van der Ven, Loonen, Van den Boom, Esbach, Elich, Van Mierlo en Van Groenen da el.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 702