13 JUNI 1929. 705 Waar hier degene, die het werk offreerde, tevens degene was, die belang had bij het totstandkomen van het werk, meende ik, dat hier een reden te meer was om publieke aanbesteding voor te staan. Uit de begrooting van den directeur van Openbare Werken was de conclusie te trekken, dat de N. V. Bouwbureau Korte weg bij uitvoering voor de som van f 2550,— er een bedrag van f 600,op toelegde als bijdrage in de kosten. Dit heeft geleid tot het aangenomen voorstel van 1.4 Februari j.l. Ik wil er echter op wijzen, dat ik in de Bouw commissie er tevens op gewezen heb, dat de firma Kor te- weg gebonden moest worden zijn offerte gestand te blijven en zoo ik daar niet verder op aangedrongen heb, dan is dit alleen omdat deze firma zelf zoo'n groot belang heeft bij de totstandkoming der brug. Redelijkerwijze kon m. i. verwacht worden, dat deze firma zou inschrijven voor een bedrag van f 2550,b f 600,— f 3150, Het blijkt nu, dat het toegestane crediet ontoereikend is en ik stel nu voor, het werk niet te gunnen; eenerzijds omdat de aanbesteder als regel het recht heeft een werk niet te gunnen als daartoe z. i. reden bestaat, b.v. de prijs tegenvalt, anderzijds omdat het communaal belang m.i. niet in evenredigheid is met het bedrag dat nu van de gemeente gevorderd zou worden. Het gevolg daarvan kan zijn, dat de brug niet tot stand komt, wat m.i. geen groot bezwaar is. Een andere mogelijkheid is, dat de N. V. Bouwbureau Korteweg, gezien het groote belang, dat deze firma bij de totstandkoming van het werk heeft, haar bijdrage met het tekort komende bedrag van f 480,vermeerdert, of wel alsnog bereid zou zijn het werk voor haar oorspronkelijke offerte te maken. De heer VAN VEEN zegt het volgende Ik was vóór een behoorlijke breede brug tegenover den weg naar de Cavalerie-kazerne in aansluiting met een weg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 705