17 JANUARI 1929. 87 in den namiddag allen vrij konden zijndes morgens werd vroeger begonnen. Dat bij Openbare Werken wellicht aan sommigen meer betaald is dan hun gewone loon, vindt hierin zijn oorzaak, dat door sommigen van het personeel den geheelen dag door en tot zelfs in de avonduren werk is verricht. Ik meen, Mijnheer de Voorzitter, hiermede de Sprekers bij de algemeene beschouwingen te hebben beantwoord. Ter wille van de actualiteit wil ik nog iets meedeelen omtrent de sneeuwopruiming. Hedenmorgen vroeg is be gonnen met 20 personen; daarna nog met 25 losse arbei ders en om 9 uur met nogmaals 35, zoodat in totaal 80 man sneeuw ruimen. De dienst van Openbare Werken heeft de zorg voor de gebouwen en de losse bruggen, de Gemeente-Reiniging voor de vaste bruggen. Drie auto's zijn voor- het vervoer beschikbaar, na 4 uur vijf auto's. Paardentractie wordt zoo weinig mogelijk gehuurd wegens de kostbaarheid en de ondoelmatigheid. De heer VAN BUITENEN repliceert: Mijnheer de Voorzitter, Een der belangrijkste punten die, zoowel bij de schrifte lijke voorbereiding als bij deze algemeene beschouwingen op den voorgrond zijn gesteld, is wel dat der winsten uit de bedrijven en, in verband daarmede: de prijspolitiek der licht- en waterbedrijven. Eenige leden keurden goed het beleid door Burgemeester en Wethouders tot nu toe in deze betoond en spraken hun vertrouwen op dit punt uit voor de toekomst. De heer Haaiman oefende critiek en vindt dat de winsten uit de bedrijven abnormaal zijn en te veel worden beheerscht door de financiëele politiek. Op dit laatste zal ik niet al te zeer ingaan, ook al omdat de heer Van de Ven dat reeds heeft gedaan. Dit moge ik er van zeggen: de vergelijking gisteren door den heer Haaiman gemaakt, tusschen den suikeraccijns en de winsten uit de gemeente-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 87