A
5 FEBRUARI 1930.
101
over slechts twee ambtenaren, die met zoodanige ervaring
zijn toegerust en die overigens slechts zeer schaars zijn te
vinden. Wanneer men deze ambtenaren nu met de uitvoering
van werken in eigen beheer gaat belasten, dan mist men
hen voor he. noodige toezicht elders en gaat de gemeente
uit haar kleeren groeien.
Met den heer Broos zegt de heer R i p p e n met veel
„aplomb", dat uitvoering in eigen beheer voordeeliger is;
hij doet dit, in navolging van zijn partijgenooten elders, ter
wille van het beginsel, maar hij heeft dat nog nimmer met
een concreet voorbeeld kunnen aantoonen. Spr. e.n zijn par
tijgenoot, de heer Zijl mans, daarentegen hebben de ge
legenheid altijd gezocht om het tegendeel vast te leggen,
maar dan hield de Wethouder zijn gegevens voor zich. 3pr.
noemt in dit verband de rioleering in den weg naar de
Cavaierie-kazcrne, welke zoo erg goed heet te zijn.
Wat de belangen der Bredasche werknemers betreft, deze
kan men in het bestek voor openbare aanbesteding met alle
waarborgen omringen, die men wenscht.
De heer VAN MIERLO zegt, dat zoowel de heer Van
Veen als de heer R.ippen „Prinzipiënreiters" zijn;
telkens als het hier over aanbesteding gaat, komt dit tot
uiting, tiet vraagstuk is hier dan ook al zoo vaak besproken,
dat liet z.i overbodig is, er uitvoerig op in te gaan. In het
College heerscht geen vaste meening omtrent de vraag:
„publieke aanbesteding of eigen beheer"; men vraagt zich
daar bij elk voorkomend geval af, wat voor dat geval het
beste is. De financieele resultaten zullen in vele gevallen
elkaar niet veel ontloopen. De materialen worden, ook bij
aanbesteding, door de gemeente zelf gekocht; blijft dus
over de loonen. Het voordeel, o.a. in dit geval, van eigen
beheer is, dat men-direct met het werk kan beginnen. Het
groote financieele voordeel bij dit werk vermag Spr. niet in
te zien. In het bestek wordt steeds de bepaling opgenomen,
cat de aannemer verplicht is om 70 pCt. of 60 pCt. (naar