10
29 JANUARI 1930.
59. Prae-advies als voren, op een adres van het Comité
der vereenigingen van Burgemeesters en Secretarissen
in de kantons Hoorn enz., verzoekende adhaesiebetui-
ging aan een adres betreffende de classificatie der ge
meenten volgens het bezoldigingsbesluit „Burgerlijke
Rijksambtenaren 1928" (no. V| 180).
60. Voorstel als voren, tot wijziging van de gemeente-
begrootingen voor de dienstjaren 1929 en 1930 (no.
V| 186).
Tegenwoordig: de heeren Ir. W. VAN VEEN, A. W.
ZIJLMANS, P. G. GRUIJS, J. M. MEiJVIS, H. J. VAN
HOUTEN, G. P. P. ESBACH, H. J. VAN OOSTERUM,
A. SCHRAUWEN, L. G. VAN BEDAF, P. A. KUIJLAARS,
J. J. VAN BUITENEN, A. BROOS, A. H. C. VAN NOORT,
C. L. M. BRANTJES, H. J. VAN DER VEN, W. L. A.
VAN DE VEN, F. F. X. CERUTTI, A. A. J. M. LOONEN,
F. RIPPEN, Mr. E. L. H. M. VAN M1ERLO, N. J. H. VAN
GROENENDAEL, B. COHEN, P. HAALMAN en J. N.
KROONE.
Afwezig: de heeren J. C. VAN DEN BOOM, TH. P.
ELICH en H. J. MOLL.
Voorzitter: de heer Mr. Dr. W. G. A. VAN SONSBEECK,
burgemeester.
Secretaris de heer H. H. JONKERGOUW.
De VOORZITTER opent de vergadering en houdt de
volgende rede:
Alvorens onze werkzaamheden in 1930 aan te vangen, zij
het mij vergund met een enkel woord een terugblik te werpen