5 FEBRUARI 1930. 121 De heer'CERUTTI merkt op, dat mep destijds bij de her ziening van de wedde van den directeur dert! Reiniging de huurwaarde van diens ambtswoning niet in het geding heeft gebracht. Dc VOORZITTER wijst er op, dat er nogqeen bezwaar is tegen de overbrenging van de functie van directeur der Be plantingen naar Groep XI; de directeur van de Arbeidsbeurs zou dan alleen in Groep X achterblijven, hetgeen ook weer een scheeve verhouding zou geven, Spr. acht de functie van directeur van den Reinigingsdienst belangrijker dan die bij de Beplantingen en de Arbeidsbeurs, ook met het oog op het meerdere personeel, dat eerstgenoemde functionaris onder zicli heeft. De heer VAN VEEN vindt, dat, als het bedrag der huur waarde een practised bezwaar vormt tegen plaatsipg van den directeur der Beplantingen in een hoogere salarisgroep, men het dan moet herzien. Spr. acht de functie van directeur der Beplantingen ook van zeer groot belang. Hij verzoekt dan ook grootere waardeering voor dat ambt. De heer CERUTTI zou den heer Broos in overweging willen geven eens naar Schiedam te zien, waar aan de functie van directeur der Beplantingen een wedde van f 5000,.— verbonden is. Voorts wijst Spr. nog op de toename van de werkzaamheden van den directeur der Beplantingen, doordat hij nu ook liet toezicht heeft over de in de laatste jaren door de gemeente aangekochte heidegronden. Zijns inziens is dat ook een reden om dien functionaris naar een hoogere groep over te brengen. De heer HAALMAN zou het belachelijk vinden, indien men alleen voor dezen ambtenaar een uitzondering moest gaan maken op den regel, welke geldt voor het bepalen van de huurwaarde der ambtswoningen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 121