29 JANUARI 1930. 12 Financieele beschouwingen zullen ongetwijfeld hierbij haar invloed doen gelden, te meer waar de in 1931 tot uitvoering komende wet betreffende de finan.de.ele verhouding van Rijk en gemeenten met haar vragen en mogelijke verrassin gen tot zekere omzichtigheid noopt. Het is niet onjuist hierbij de gedachten te laten gaan naar den toestand onzer gemeentelijke bedrijven, die zonder tot heden de maat te overschrijden, den geldelijken toestand gunstig beïnvloeden. Ook voor 1929 kan dit worden gezegd. De gasaflevering nam andermaal toe, in 1929 met 6.33 pCt. (in 1928: 7 pCt., in 1927: 5 pCt.), het electriciteitsverbruik met omtrent 20 pCt. (in 1928: 12.25 pCt., in 1927: 11 pCt.), de wateraflevering met 3.7 pCt., waartegenover het veel gunstiger cijfer van 11.3 in 1928 staat. De voltooiing in 1929 van de ten slotte geheel vernieuwde installatie van de drink waterleiding, hoewel beduidende lasten op het bedrijf leg gend, behoeft intusschen - gelijk bij de begrooting bleek geenszins tot financieel pessimistische beschouwingen aan leiding te geven. Wat het onderwijs betreft, zij herinnerd aan het besluit tot uitbreiding van de Handelsavondschool van een drie- tot vijfjarigen cursus. Op ander gebied zal de voorgenomen uit breiding van het gebouw der ambachtsschool, waaromtrent het overleg met de Regeering vorderde, de rijpere jeugd ten goede komen. Het aankweeken in beide mstituten van goed onderlegde krachten wordt, ook blijkens hetgeen cle Voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrieken In West-Noordbrabant opmerkte, in zijn nieuwjaarsrede, waar van wij de over het algemeen gunstige beschouwingen gaarne vernamen, in de kringen van industrie en middenstand ge waardeerd. Geeft het lager onderwijs geen aanleiding tot bijzondere opmerkingen, gaarne herinner ik aan de ingebruikneming van de school voor buitengewoon lager onderwijs voor jon gens, waarbij hartelijke woorden van waardeering werden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 12