14
29 JANUARI 1930.
Getrouw aan Uwe gewoonte hebt U, in een overzichtelijk
statistisch verslag onder meer gememoreerd de meest ge
wichtige besluiten door den Raad genomen en de voornaam
ste werken, welke van gemeentewege in het afgeloopen jaar
tot stand zijn gebracht. De Raad nam met groote belang
stelling kennis van dat verslag.
Ik houd mij overtuigd in den geest van den Raad te han
delen, wanneer ik een gebeurtenis van recenten datum even
in herinnering breng.
Op 1 Januari van dit jaar was het 50 jaren geleden, dat
de referendaris ter Secretarie onze bekwame saniensteller
van de notulen van den Raad de heer A. J. van Son,
zijn ambtelijke loopbaan bij de gemeente administratie begon.
Door bescheidenheid gedreven onttrok de heer Van Son
zich van elke feestviering en werd alzoo aan zijn vele vrienden
en vereerders de gelegenheid benomen den gouden jubilaris
te huldigen.
Zijn groote bekwaamheid en het zal geen tegenspraak
ontmoeten, wanneer ik durf te getuigen dat de heer Van
Son, vooral om zijn uitgebreide wetskennis, behoort tot de
bekwaamste secretarie-ambtenaren in den lande zijn werk
kracht en werklust en zijn hulpvaardigheid jegens het publiek,
geven den heer Van Son aanspraak op onze dankbare
hulde. Ik meen, dat het mij pas geeft om in deze openbare
raadsvergadering, namens den Gemeenteraad den heer Van
Son te huldigen voor de voortreffelijke wijze, waarop hij
zijn betrekking steeds heeft vervuld. En het is helaas te be
treuren, dat de betrekkelijke verordening oorzaak is, dat
de gemeente Breda dien eminenten ambtenaar weldra zal
moeten missen.
De VOORZITTER zegt, dat het College van Burgemees
ter en Wethouders zich van harte aansluit bij de woorden
van den heer Cerutti.