18 MAART 1930. 159 De VOORZI TTER zegt, dat hij den Raad daarvan ook geen verwijt heeft gemaakt. Spr. stelt vervolgens voor, het stuk voor kennisgeving aan te nemen. Daartoe wordt besloten. 3. Besluit van de Gedeputeerde Staten voornoemd, d.d. 19 Februari 1930, G. no. 145, houdende verdaging van hun beslissing op het ter goedkeuring ingezonden raadsbesluit van 29 Januari j.l., tot vaststelling van een bouwverbod op een gedeelte van een perceel, gelegen aan den Nieuweweg. 4. Besluit van de Gedeputeerde Staten voornoemd, d.d. 5 Mlaart 1930, G. no. 8, houdende goedkeuring van de in de raadsvergadering van 19 December 1929 vastgestelde ver ordening, regelende den keuringsdienst van slachtdieren en vleesch. 5. Schrijven van mejuffrouw C. M. C. Roeien, hou dende dankbetuiging voor haar benoeming tot onderwijzeres aan de openbare school aan de Keizerstraat. 6. Schrijven van A. L i n d n e r en L. van der Horst, ambtenaren van het Burgerlijk Armbestuur, houdende dank betuiging voor hun hergroepeering in de Salarisverordening. De VOORZITTER stelt voor, alle deze stukken voor ken nisgeving aan te nemen. Daartoe wordt besloten. 7. Adres van M. E. van Montfoort," daarbij eervol ontslag verzoekende als directeur van den gemeentelijken dienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling, met ingang van 1 April a.s.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 159