160
18 MAART 1930.
De VOORZITTER stelt namens Burgemeester en Wethou
ders voor, het gevraagde ontslag eervol te verleenen onder
dankbetuiging voor de toewijding door den heer Van
Montfoort betoond in zijn ambt en ook in andere hoe
danigheden, namelijk als secretaris van de Burgerwacht en
als tweede secretaris van het Oranje-Comité.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
8. Adres van A. J. van Son, daarbij ontslag verzoekende
als ambtenaar van den Burgerlijken Stand dezer gemeente,
met ingang van 1 Mei a.s.
De VOORZITTER stelt namens Burgemeester en Wethou
ders voor, het gevraagde ontslag eervol te verleenen onder
dankbetuiging voor de in die functie bewezen diensten. Deze
ontslagname, aldus Spr., houdt verband met het ontslag van
den heer Van Son als referendaris ter Secretarie, hetwelk
niet door den Raad wordt verleend. De heer Van Son
neemt zijn ontslag met een zeer eervol ambtelijk verleden.
Niet alleen in zijn hoedanigheid als ambtenaar ter Secretarie,
doch in allerlei opzichten interesseerde hij zich voor de ge
meente Breda op de meest onbaatzuchtige en ijverige wijze.
Men is hem daarvoor groote erkentelijkheid verschuldigd.
Spr. grijpt deze gelegenheid dan ook gaarne aan om den
heer Van Son hulde te brengen voor al hetgeen hij in het
belang der gemeente heeft verricht.
Onder algemeene instemming met deze woor
den wordt overeenkomstig het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders besloten.
9. Circulaire van het bestuur van den Nederlandschen
Bond tot bescherming van zuigelingen te Utrecht, daarbij ter