„Beide fondsen maken het beding, dat gedurende den ge- heelen looptijd der leening bij meerdere aflossing dan overeengekomen, over het meerdere eene vergoeding van 1% zal moeten worden betaald. Het wil ons voorkomen, dat deze voorwaarde geen bezwaar kan zijn, zulks met het oog op het rentetype der leening en de snelle aflossing, waardoor reeds na 25 jaar bijna f 1.000.000,zal zijn afgelost. „Resumeerende hebben wij de eer U voor te stellen: ,,A. Te besluiten tot het aangaan eener geldleening groot „f 750.000, met de Pensioenfondsen voor de Ko- „loniale Landsdienaren en Lokale Ambtenaren tegen „den parikoers, eene rente van 4% en jaarlijksche „aflossingen van ten minste: „f 24.000,gedurende de eerste 25 jaren, „f 10.000,gedurende de volgende 15 jaren, „en met bepaling, dat gedurende den geheelen loop- Mijd bij meerdere aflossing over het meerdere een „vergoeding van 1% zal moeten worden betaald; ,,B. Te besluiten tot het aangaan eener geldleening groot „f 750.000, - met het Algemeen Burgerlijk Pensioen fonds tegen den koers van 98%, eene rente van „4V2% en jaarlijksche aflossingen van ten minste: „f 32.300,- gedurende de eerste 20 jaren, „f 11.200,gedurende de volgende 5 jaren, „f 3.200, - gedurende de daarop volgende 15 jaren, „met bepaling, dat gedurende den geheelen looptijd „bij meerdere aflossing over het meerdere een ver goeding van 1% zal worden betaald; De heer VAN VEEN merkt op, dat verharding en rioleering 18 MAART 1930. 215 „C. Ons te machtigen om voor en namens de gemeente „de leeningsovereenkomsten aan te gaan op den voet „van het vorenstaande en nader overeen te komen „voorwaarden en voor de ontvangst der gelden een „schuldbekentenis af te geven."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 215