22
29 JANUARI 1930.
gezondheidsdienst op een jaarwedde van f 1500, -, met
ingang van 1 Februari 1930.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten.
17. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot vast
stelling eener wachtgeldregeling voor den geneesheer J.
B ei n te ma, luidende als volgt:
„Aangezien de geneesheer J. B e i n t e m a niet voor her
plaatsing in een functie bij den geneeskundigen en gezond
heidsdienst dezer gemeente in aanmerking komt, is het
„nooaig een wachtgeldregeling te treffen, waarbij volgens
„het „agreement" zooveel mogelijk zal worden gevolgd de
„dienaangaande geldende rijksregeling.
„De regeling van het Wachtgeldenbesluit houdt in, dat
„aan hem die een ambt bekleedt, hetwelk geen hoofdbetrek-
hing vormt en die uit hoofde van den aard zijner bekwaam
heden redelijkerwijze geacht moet worden een gelijkwaar-
„dige positie anders dan in openbaren dienst binnen een
„redelijken termijn te kunnen verkrijgen (art. 2 b), een wacht-
„geid wordt toegekend gedurende drie maanden, vermeer-
„derd, indien hij ten tijde van het ontslag kostwinner is
„van een gezin, met twee maanden voor elk jaar van door
„hem volbrachten diensttijd, ten bedrage van gedurende
„de eeiste drie maanden de laatstelijk genoten wedde en
„vervolgens 70 ten honderd daarvan (art. 3, 5e alinea).
„Onder diensttijd wordt volgens art. 4 verstaan de aan
„het ontslag voorafgaande tijd, die in aanmerking komt
„voor pensioen.
„De heer Bei n te ma is pensioengerechtigd sinds 1 Juli
„1922. Het ontslag is gevolgd op 1 October 1925. Diensttijd
„derhalve 3 jaar en 3 maanden, waarvan 3 jaren in aanmer-
„king komen. Het wachtgeld behoort dus te worden uitge-
„keerd gedurende 3 plus 3x2 maanden is 9 maanden.
