24 APRIL 1930. 257 c. clat op de overblijvende open ruimte niets worde ge bouwd of opgericht; d. dat, ter voldoening aan artikel 5 der Woningwet, de vereischte teekeningen, ingericht volgens artikel 105 der Bouwverordening, aan Burgemeester en Wethouders ter goedkeuring worden aangeboden; e. dat, wanneer binnen 9 maanden na de dagteekening van dit besluit van de verleende ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn verleend; en onder bepaling, dat bij niet-voldoen aan één dezer voorwaarden, de verleende ontheffing vervalt. Daarop wordt voortgegaan met de behandeling der punten, zooals zij op de agenda voorkomen. 30. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders, op de motie van het gewezen raadslid F. Rippen, in zake het vaststellen van voorwaarden voor het innemen van stand plaatsen door taxi-chauffeurs (aangehouden in de vorige vergadering), luidende als volgt: „Bij de behandeling van de gemeen'.e-begrooting voor „het jaar 1929 werd in onze handen om prae-advies gesteld „een motie van den heer Rippen van den volgenden „inhoud „De Raad van oordeel, dat in overeenstemming met „de bepalingen van de Gemeentewet de voorwaarden, „waarop het aan taxi-chauffeurs is vergund in onze ge- „meente standplaatsen in te nemen, door den gemeente raad behooren 'te worden vastgesteld, „noodigt Burgemeester en Wethouders uit, de nieuwe „voorwaarden, ingaande 1 Mei 1929, ter goedkeuring „aan den Raad voor te leggen". „Bij ons besluit van 31 December 1928 is tot het innemen „van standplaatsen met taxi's tot wederopzegging vergun-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 257