258 24 APRIL 1930. „ning verleend aan de N. V. Automobiel-Maatschappij J. „Vermeulen Co. Onze bevoegdheid in deze grondde „zich o.a. op artikel 6 en art. 44 der A. P. V. Waar deze „vergunning tot wederopzegging is verleend en er niet de „minste reden bestaat, haar op het oogenblik aan de ver- „gunninghoudster te ontnemen, is het duidelijk, dat het „ons niet mogelijk is nieuwe voorwaarden aan den Raad voor „te leggen, zooals de motie bedoelt. „De vraag kan echter gesteld worden, of in de toekomst, „als het vaststellen van nieuwe voorwaarden noodig is, den „Raad daarin de beslissing moet worden gelaten. „Het kan niet worden ontkend, dat een dergelijke han-, „delwijze ook in overeenstemming zou zijn met de bepa lingen der Gemeentewet; echter zoude dan aan art. 44 „een minder verre strekking moeten worden gegeven. Wordt „derhalve met deze woorden der motie gemeend, dat de „tot nu toe gevolgde weg, namelijk het vaststellen der voor gaarden door Burgemeester en Wethouders, niet in over eenstemming is met de wet, dan moet zulks worden be streden. „Het behoort natuurlijk tot de bevoegdheden van den „Raad, zich de vaststelling der voorwaarden voor te behou- „a'en. De vraag is echter, of er aanleiding is den tot heden „gevolgden weg te verlaten. „De voorwaarden, waaronder het een vergunninghouder „werd toegestaan standplaatsen in tve nemen, werden niet „eenvoudig door het Gemeentebestuur opgelegd; zij vormen „een onderwerp van onderhandelingen, waarbij het alge- „meen belang zooveel mogelijk met het bijzonder belang „van den ondernemer in overeenstemming wordt gebracht „en waarbij de diverse aanbiedingen van verschillende aan- „vrage.s tegen elkaar werden afgewogen. „Het zal niet te betwijfelen zijn, dat het dagelijksch bestuur „eener gemeente uiteraard meer geschikt is voor deze taaie „dan een groot college als de Raad, dat slechts bij tusschen- „poozen bijeenkomt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 258