372 30 JUNI 193Ö. De heer VAN VEEN vraagt, of de hoek ter plaatse wordt teruggebracht en de beoogde verkeersverbetering tot stand zal komen. Wethouder VAN MIERLO antwoordt ontkennend. Zonder eenige bedenking wordt vervolgens con form het voorstel van Burgemeester en Wethou ders besloten. 39. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij ziging van de begrooting der Waterleiding voor het dienstjaar 1930 en in verband daarmede van de gemeente-begrooting voor dat jaar. Niemand der leden eenige bedenking hebbende, wordt overeenkomstig het voorstel van Burge meester en Wethouders besloten. 40. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij ziging van de begrooting van het Electriciteitsbedrijf voor het dienstjaar 1930, en in verband daarmede van de gemeente,- begrooting voor dat jaar. Zonder eenige bedenking wordt dienovereen komstig besloten. 41. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij ziging van de begrooting van den Warenkeuringsdienst voor het dienstjaar 1929, en in verband daarmede van de gemeente- begrooting voor dat jaar. De heer VAN VEEN vraagt hoe het mogelijk is, de reke ning over 1929 van dezen dienst te onderzoeken, als de wij zigingen nog niet vaststaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 372