30 JUNI 1930. 377 Wethouder ESBACH zegt, dat in het prae-advies wel ver meld is, dat de Gascommissie is gehoord en zij ermee accoord gaat. Het is onjuist, dat het plan plotseling is opgekomen. Reeds lang is bekend, dat een ieder, die aan den rand van Breda woont, soms last heeft van te weinig gasdruk. Tot nog toe heeft men zich weten te behelpen. De directeur der Gas fabriek heeft den druk aan de fabriek reeds hooger opgevoerd dan eigenlijk wel wenschelijk is en een verbinding met het stadsnet moeten maken buiten de regulateurs om. De prijzenkwestie der materialen zal in de Gascommissie worden gebracht. De heer VAN VEEN vindt, dat een en ander behoorlijk in het prae-advies had moeten staan; thans munt dit uit door het gemis van de gebruikelijke gegevens. Ook is er niet bij gevoegd een plan van het bestaande buizennet, waarnaar de capaciteit der bestaande gasvoorziening zou kunnen beoor deeld worden. Wethouder ESBACH meent, dat van gemis van gegevens niet gesproken 'kan worden. Er liggen bij het voorstel een duidelijke teekening van de leiding, waar het om gaat, en een behoorlijke omschrijving, die eenige folio's beslaat. Niemand der leden nog bedenking hebbende, wordt besloten het gevraagde crediet van f 40.000,— te verleenen. De heer VAN VEEN wenscht aanteekening in de notulen, dat hij tegen dit voorstel is op grond van onvoldoende moti veering. 51. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot ver laging van den electriciteitsprijs voor het vastrecht-verbruik.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 377